Vaardag 104 op 25-07-2010
De vaarwel-tocht van Marie- José.
Op vrijdagavond krijgen Evert en Inge een telefoontje van de Stichting Ambulancewens met de vraag hoe spoedig zij een vaarwens kunnen vervullen. Inge en Evert kijken elkaar aan en zeggen direct; 'Morgen?' Dan volgt de uitleg van de medewerker van de S.A.W. (Stichting Ambulance Wens). Het gaat om een jonge vrouw van 44 jaar, die in haar laatste fase van het leven zit. Ze is er erg slecht aan toe en wil als allerlaatste wens nog graag varen met haar man, haar kinderen van 12 en 15 jaar en haar schoonvader. Het moet overmorgen (Zondag) gebeuren, want veel tijd is er niet meer. Evert en Inge stemmen direct in en bereiden de dag voor. Het is zondagmorgen en het is druk op de haven in Monnickendam. De parkeerplaats staat overvol, maar het immer bereidwillige havenpersoneel heeft de plaats bij de steigers al met hekken afgezet. Het is een 165 kilometer lange rit van Heyen (vlak bij Eindhoven) naar Monnickendam, maar er zijn geen files. De weersvoorspellingen beloven niet veel goeds, maar tussen de wolken door schijnt nog steeds een zonnetje en de temperatuur is goed. Als de ambulance is geparkeerd verwelkomen ze iedereen. Marie-José moet eerst nog verzorgd worden in de ambulance en Evert en Inge maken ondertussen kennis met haar man Franta, en de kinderen Laura en Marek. Ook met de schoonvader van Marie-José maken we kennis en al snel komen de emoties los. Franta zegt tegen Evert dat dit haar laatste dag zal zijn en beiden krijgen het even te kwaad. Twee volslagen onbekenden van elkaar zoeken troost en knuffelen even. Dan gaat de ambulance open en ze maken kennis met Marie-José. Het is even slikken om te zien hoe mager ze is, maar haar mooie grote ogen fonkelen nog steeds. Dochter Laura verzorgd moeder lief en daarna rijden ze de steiger op naar de Meander.
Even later ligt Marie-José op de brancard in de stuurhut en dan is er koffie. De trossen gaan los en de Meander vaart langzaam door de havens van Monnickendam, Marken en Volendam. Daar wordt afgemeerd voor de lunch en Marie-José kijkt haar ogen uit naar alle drukte op de dijk en de jachten die rondvaren. De reis wordt vervolgt richting Muiden, maar als ze het vuurtorentje van Marken is passeren, is Marie-José haar energie op. Ze is helemaal leeg en heeft alles gegeven. Wat een wilskracht...! We besluiten terug te varen en Evert krijgt hulp bij het sturen van Marek. Geconcentreerd vaart hij op de boei af die Evert hem heeft aangewezen. Het is druk op het water en uit alle hoeken komen zeilbootjes. Ze denken altijd voorrang te hebben, maar dat is niet waar. De Meander V is een groot schip en heeft voorrang. 'Geef ze de ruimte maar!' zegt Evert, die weet dat zeilers meestal hun voorrang claimen en dat het vaak tot bijna aanvaringen leidt als de Meander niet tijdig uitwijkt. Marie-José slaapt in en rustig vaart het gezelschap terug naar Monnickendam. Er is dan tijd voor persoonlijke gesprekken, en dat is goed. Evert kletst met de 12 jarige Marek die bij hem bij de stuurstand zit. De kinderen houden zich flink en Laura is niet bij haar moeder weg te slaan. Lief zoent ze haar af en toe en er is een enorme eenheid in het gezin te voelen.
Als de Meander is afgemeerd begint de thuisreis. Als Marie-José weer in de ambulance ligt, nemen Evert en Inge voor altijd afscheid. Morgen is Marie-José er niet meer en moet het gezin zonder haar verder. Een emotioneel afscheid van Franta en de kinderen volgt, waarna de beide auto's huiswaarts keren. Evert en Inge maken even later zwijgend het schip weer op orde. Het was voor hun een echte Vaar Wel dag.
Vaarwel Marie José
Auteur vaarwens.
Met dank aan de medewerkers van de jachthaven Monnickendam
en de enorme inzet van de ambulancemensen Chiel en Olaf van de S.A.W.